Wet op de huurtoeslag
Artikel 38
1
Burgemeester en wethouders zien erop toe dat het aantal gevallen, waarin een huurtoeslag wordt toegekend aan huurders die in de gemeente een woning betrekken met een rekenhuur, hoger dan de in artikel 20, tweede lid, bedoelde aftoppingsgrens, elk tijdvak dat loopt van 1 juli tot en met 30 juni van het daaropvolgende jaar niet meer bedraagt dan vier procent van het totaal aantal van de gevallen waarin in dat tijdvak een huurtoeslag wordt toegekend aan huurders die in die gemeente een woning betrekken.
2
Onder huurders die een woning betrekken worden voor de toepassing van het eerste lid mede verstaan huurders die aanspraak maken op een huurtoeslag vanaf een datum die ten hoogste zes maanden ligt na de datum waarop zij huurder zijn geworden.
3
Bij algemene maatregel van bestuur kan, in afwijking van het eerste lid, een hoger percentage dan vier worden vastgesteld voor in die maatregel aan te wijzen gebieden waarin evident wordt afgeweken van het landelijk gemiddelde.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.